Algemeen (geldend voor alle leerjaren)

A. Op Mavo Schravenlant XL werken wij met drie rapport- of SE-periodes waarbij in leerjaar 1 en 2 alle drie de rapporten even zwaar wegen. In leerjaar 3 en 4 is de weging volgens het PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting).

B. Het eindcijfer voor alle vakken wordt op het overgangsrapport uitgedrukt in een heel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10. Wij werken met afgekapte cijfers, dat wil zeggen dat bijvoorbeeld een 7,48 een 7,4 zal zijn en als eindcijfer een 7.
Beslissend bij het hanteren van de bevorderingsnormen is het aantal onvoldoende punten (OP).

Daarbij geldt:
5 = één OP    
4 = twee OP     
3 = drie OP

C. Bij het tweede rapport kan een voorlopig advies gegeven worden. Als het voorlopig advies lager is dan het huidige onderwijsniveau, dan wordt het voorlopig advies door de mentor op schrift gegeven (= een blauwe brief) aan de ouder/verzorger en de leerling. Bij het derde rapport wordt het definitieve advies eveneens op schrift gegeven. Dit advies is bindend. In uitzonderlijke gevallen kan er een voorlopig advies gegeven worden bij het eerste rapport. Als het voorlopig advies lager is dan het huidige onderwijsniveau, dan wordt het voorlopig advies tijdens een gesprek met de mentor op schrift gegeven aan de ouder/verzorger en de leerling. Bij het tweede rapport wordt het definitieve advies op schrift gegeven. Dit advies is bindend en er wordt meteen overgegaan tot plaatsing in een ander onderwijsniveau.

D. Voor alle leerjaren geldt dat de overgangsvergadering zich het recht voorbehoudt om in voorkomende gevallen en met opgaaf van redenen af te wijken van de hieronder vermelde bevorderingsnormen. De overgangsvergadering doet dit door middel van stemmen. Bij het staken van de stemmen zal de directeur de beslissende stem hebben. De directeur kan in bijzondere gevallen afwijken van de overgangsnorm.

Bezwaar aantekenen tegen de beslissing van de bevordering kan uitsluitend schriftelijk en met motiverende redenen bij de teamleider van het leerjaar.

Leerjaar 1 en leerjaar 2
 

Eén OP =                Bevorderen.
Twee OP =              Bevorderen
Drie OP =                Bevorderen mits het totaal aantal punten voor de 
                                vakken Nederlands, Engels en wiskunde minimaal
                                17 punten is,  maar per vak niet lager dan een 4.
Drie OP =                Indien Nederlands, Engels en wiskunde een totaal
                                van 16  punten hebben (maar per vak niet lager dan
                                een 4), beslist overgangsvergadering over
                                bevordering, zitten blijven of overstappen naar een
                                lager niveau. Hierbij zijn testgegevens leidend.
Drie of meer OP =  Niet bevorderen. De overgangsvergadering beslist
                               of de  leerling blijft zitten of de overstap maakt naar
                               een lager niveau. Hierbij zijn testgegevens en/of het
                               voorlopig advies bij het tweede rapport leidend.

De vakken beeldende vorming, MAS, ICT, LO, koken, techniek of Skills moeten met tenminste een voldoende worden afgesloten.

Leerjaar 3 naar leerjaar 4

                                                        
De overgangsnorm geldt voor minimaal zes vakken en maatschappijleer (MA). Een leerling is bevorderd als hij/zij voldoet aan de volgende criteria:
           
1. De vakken Nederlands, Engels en het gekozen profielvak zijn verplichte vakken. Deze vakken worden sowieso meegenomen in de overgangsnorm van minimaal 6 vakken in plaats van 7. Voor het vak Nederlands moet in leerjaar 3 minimaal een 5 worden behaald. In leerjaar 4 moet de leerling het vak Nederlands afsluiten met een 5 om een diploma te behalen.
           
2. Het gekozen (examen)vakkenpakket:
Geen OP:     Bevorderen
Eén OP:        Bevorderen
Twee OP:     Een compensatiepunt is vereist
Drie OP:       Niet bevorderen

3. Handelingsopdrachten dienen tijdig ingeleverd te zijn. MAS, CKV en LO moeten met tenminste een voldoende worden afgesloten. Als de beoordeling ‘niet voldoende’ is, dan krijgt de leerling de gelegenheid om de beoordeling te verbeteren.